Ger's Reisverslagen

NKB-ZEEKAMP VLIELAND 1994 gehouden van 17 t/m 24 september

Ervaringen van een beginneling!

Zaterdag 17 september 1994 was een dag, waarop je eigenlijk niet voor je lol je kop buiten de deur steekt.

Wind en regen streden om de eer om, het best uit de bus te komen. Wij, de groep kanovaarders, (ca 35 mannen en 25 vrouwen) die zich klaarmaken om aan boord te gaan van de veerboot naar Vlieland, spoelden er bijna op met boot en al.

De hele week ervoor sprak ik steeds met enige scherts over de hittegolf die er aan zou komen. Het tegendeel was het geval.

De anderhalf uur varend met de veerboot richting Vlieland, liet direct aan een onbekende in het metier zien, dat er vele stromingen, ondiepten en verschillende golfslagen waren in het waddengebied.

Aangekomen op camping "Stortemelk" werden direkt de tenten neergezet en was het prettig bijkomen met koffie en daarna een bord snert met worst en brood.

Na de definitieve indeling in groepen (1.) en het voorstellen werd er met de eigen groep overlegd wat de eerste akties de volgende morgen zouden zijn. Brandingvaren met hoge en lage steun kwam eruit en dat betekende dat om 08.45 uur zondagmorgen iedereen klaar stond om gezamenlijk de boten de duinen over te dragen.

Ik moet eerlijk bekennen dat het bonken binnenin niet kwam van een hoge bloeddruk toen we op het duin staande de verrichtingen zagen van de meer ervaren kanovaarders

Wind noord-noord-oost, pal op de kust met een windkracht van zo'n 7 knots.

Nooit op zee geweest met een kano en dan verscheidene lieden teruggegooid te zien worden als een speelbal op het strand, doet nou niet je enthousiasme naar een hoog peil stijgen.

Maar wie A zegt moet ook ............ je weet wel.

Al gauw bleek dat mijn opgebouwde ego rond het kanovaren zeer snel aan het dalen was. Achterelkaar lag ik in de kolkende zee trekkend aan mijn boot en zwemmend naar de kant met de gedachte: "waar ben ik in godsnaam mee bezig?".

Al ras bleek ook dat mijn boot, een Kirton Meridian met een prachtige grote kuip zonder dijbeen steunen, voor mij niet te varen was in dit geweld. De zondag bleek dan ook voor mij meer een zwem- dan een kanodag.

's-Avonds kon ik na overleg met de instrukteurs een boot krijgen van Klaas Hofman, de kanospecialist uit Wirdum. (Groningen)

Met deze North Shore Meridian kon ik de volgende dagen mijn geknakte trots weer enigszins herstellen.

De maandag zou een vaartocht naar Terschelling worden, maar wie twee keer in de branding onderuit zou gaan, moest achterblijven.

U raadt het zeker al, ja hoor, ik kon niet mee maar dat leverde wel een dag prive les op, gegeven door Jannie Wierda een kei van een vrouw uit Texel.

Dat zij aan het einde van de week haar instrukteursdiploma kreeg, vond ik zeer terecht, want ze heeft met mij het hele scala doorlopen.

Om de binding met de hele ploeg te houden werd er gezamenlijk 's-avonds gegeten, waarbij aan het einde door elke groep verteld werd wat er die dag gedaan was.

Maar ook na het eten werd er druk gelest. Of praktijkoefeningen in het zwembad, een lezing door de Friese weerman Piet Paulusma of lessen in koers uitzetten, stroomgetijden en EHBO.

Naarmate de week vorderde, verbeterde het weer met rasse schreden en sprak men inderdaad van een naderende najaarszonexplosie met temperaturen tot wel 25 graden Celsius.

Men zegt wel eens van: "Je moet iets nooit afdwingen"en dat kreeg voor mij een extra betekenis.

Dinsdag was het voor de meeste groepen een rustdag alhoewel de onze zo enthousiast was om een tocht te gaan plannen rond de Richel, een eiland met ondiepe wateren rondom nabij Vlieland.

Om dat goed te doen komt er nog heel wat bij kijken; men berekent dan afstanden tot de diverse verschillende boeien, de tijd van vertrek in relatie met "Hoogwater Harlingen", welke kant van het eiland eerst ronden i.v.m. de dan ontstane stromingen en de snelheden die per uur verschillen.

Ook is het van belang om een uitwijkroute te plannen en waar je je rustpauzes gaat nemen. En dan ook nog hoe laat vertrek je en wanneer denk je dan weer terug te zijn?

Ja, 't is wel iets anders dan een rondje Uitgeester- en Alkmaardermeer.

Het leuke was dan ook dat we deze fictieve tocht donderdags met mooi weer hebben kunnen uittesten.

Een zeehond kwam tijdens die tocht opeens achter ons aan en bleef ons gedurende een uur nauwgezet nieuwsgierig vergezellen.

De volgende dag zagen we een groepje in de verte op een eiland liggen en dat betekende dat ons geplande rustpunt dus al ingenomen was en wij dus iets anders moesten zoeken.

De zeevaardigheid-extra groep was maandags naar Texel vertrokken waar ze een nacht over zouden blijven.

Dat was een van de eisen voor hun examen. Op dinsdag zou men terugkeren maar na 2.5 uur met stroom mee maar met windkracht 6 tegen werd besloten terug te keren.

In een half uurtje terug, kano's aan land, slepen naar de camping en opnieuw tenten opzetten en potje koken. De volgende dag had men een voorspoedige tocht terug naar Vlieland. Helaas bleek aan het einde van de week dat de omstandigheden voor een examen zeevaardigheid-extra te tam waren zodat dit niet kon worden afgenomen.

Ter lering en vermake werden er ook en tweetal diaseries getoond over respectievelijk een reis per kayak rond IJsland en een reis rond de Faroer eilanden.

Een van de deelnemers van die tochten, Hans Mulock Houwer, nam als instrukteur ook deel aan deze week en kon dan ook de beelden toelichten.

Dat zulke reizen fantastisch maar bepaald niet voor iedereen weggelegd zijn, is iedereen dan direct duidelijk.

Maar alleen dat zoiets met een kano kan, geeft mij al een vrij gevoel en waarschijnlijk zullen velen dat met mij voelen.

In de rustpauzes tijdens de vaartochten werd altijd tijd ingelast voor theorie op allerlei gebied en in de boot werd op elk voorkomend moment gewerkt aan de verbetering van de technieken. En dat zijn er toch wel wat voor een beginner.

Voorbeelden daarvan zijn: achteruit- en vooruitvaren op de juiste manier, de wijdslag (boogslag) aan beide kanten voor de bochten, stuurslagen en houdingen, het draaien op de plaats, hoge en lage steun, zijwaarts varen en voor de liefhebber eskimoteren. Voor de veiligheidstest kwam daar o.a. ook nog bij 75 m zwemmen met al je kanokleding aan, 100 mtr slepen van een andere kanovaarder, het redden van een drenkeling en een redding met een lijn.

Vrijdag zijn we weer het wad opgegaan met in tegenstelling tot donderdag (spiegelgladde zee) een ruimende wind tot ca. windkracht 5.

Dat werd op een gegeven moment surfend voor de wind een prachtige ervaring.

Vrijdagavond werden we verrast met een koud buffet ter afsluiting van de week. Tijdens en na deze gezellige gebeurtenis kregen de daarvoor in aanmerking komende personen hun getuigschriften en werd tevens Ger de Bruijn, die voor de negende en laatste maal de algemene technische leiding in handen had, bedankt voor dit alles waarbij hij als aandenken een prachtige ingelijste luchtfoto van Vlieland en omgeving ontving.

Het werd nog behoorlijk laat voor velen toen een muzikale groep folksongs ging spelen en zingen.

Zaterdag was de dag van het vertrek en afscheid van de diverse nieuwe kanovriend(en)(innen) die tijdens de vele uren op Vlieland al varende of met de borrel in de hand gemaakt waren.

Terugkijkend is het een zeer leerzame week geweest, waarbij opviel dat de inzet van het organiserend comitee buitengewoon was, de algemene veiligheid goed in het oog gehouden werd en er op een hoog nivo met onze sport omgegaan werd.

Zonder de inspanningen van anderen tekort te doen, wil ik extra dank uitspreken aan Meino Faber, die de algemene zaken regelde. Zelfs de boodschappen en evt. geld opnemen had zij in haar pakket zitten.

Vindt u het vreemd dat ik nu al zeg er in principe weer te zijn in 1995?

(1.) Groepen: Mogelijkheden waren: beginners, zeevaardigheid, zeevaardigheid-extra, instrukteur en tourgroep.