Ger's Reisverslagen

Marokko winter 2016

Agdz - Merzouga

woensdag 10 februari

Reisdag naar Merzouga. Deze plaats ligt op de uiterste oostpunt van onze route en ligt ca. 40 km van de 'betwiste grens' met Algerije. Nadat we de vorige reisdag langs oases zijn getrokken, gaan we nu weer de woestijn in. Heerlijke vergezichten, grillige bergen en dorre vlakten wisselen elkaar weer af, het geheel af en toe onderbroken door een plaatsje met een flink aantal palmen. Als we het laatste stuk van 40 km naar het zuiden rijden komen de eerst zandduinen in zicht. Het zijn de eerste uitlopers van de zand-sahara, een flinke strook met zand wat een rode kleur heeft. De plaats waar we overnachten ligt bij een redelijk hotel en hier staan we ook weer onder de palmen en ook tegen de duinen aan, behalve degene die met hun zonnecellen de stroom opwekken die staan dus in de zon.
Bij onze eigen camper is de gasvoorziening voor de koelkast niet optimaal dus wij gaan aan de stroom en in de schaduw. Door het waarschijnlijk matige gas wat we hier kopen is de brander gedeeltelijk verstopt en is de schoorsteen vol met roet komen te zitten. Zelf schoonmaken is praktisch onmogelijk want de camperbouwers hebben het zo ingericht dat je er niet bij kunt zonder de koelkast eruit te halen. Dit is met de gevulde kast echter geen optie.
Als we het hotel inlopen en ons melden bij de receptie voor het inschrijven wordt ons direct thee aangeboden zoals bijna overal gebruikelijk is in Marokko. De thee is ongelooflijk zoet en sterk gekruid. Doordat de thee zo zoet is en de verzorging van de gebitten nogal te wensen overlaat, zie je bij de meeste mannen (bij vrouwen zie je de mond bijna nooit) een kerkhof in de mond.
De thee drinken we op het terras achter het hotel. Daar staan ook een groot aantal dromedarissen, klaar voor een tochtje in de woestijn. Je kunt kiezen uit diverse arrangementen; zonsopgang, zonsondergang, dagtocht en meerdaagse tochten met slapen en eten in een tent. Voor ons leek een tochtje voor de zonsondergang wel aardig want zonsopgang is erg vroeg en een dagtocht kwam niet ter sprake. We hadden toch al heel veel overredingskracht nodig om de hele groep op de beesten te krijgen. Argumenten tegen waren o.a. het beest stink uit zijn bek. Hoe je dat constateert zonder te kussen begrepen we niet helemaal.

donderdag 11 februari

De boel verkennen en een beetje acclimatiseren. Ook was een douche bij iedereen welkom. Dat kon hier goed want er waren twee redelijke toiletgebouwen met kranen voor warm en koud evenals douches en toiletten. Alles sfeervol verlicht met leuke lampenkapjes die per wastafel en wc konden worden ontstoken. Hierdoor was het elektriciteitsnet waarschijnlijk al geheel bezet en kon er geen elektrische boiler meer af. Dat werd opgelost door twee houtgestookte boilers van 100 liter.
Als we dus onder de douche wilden moesten we de gard waarschuwen die het houtvuur onder een boiler aanstak en na ongeveer een uur was het water opgewarmd en kon er gedoucht worden. De gard was een klein mannetje, heel donker gekleurd (vroeger heette dat een neger) waarschijnlijk een afstammeling van de zwarte slaven die hier in het verleden veelvuldig ge(mis)bruikt werden, die de hele dag rondliep en de vuilnis ophaalde afgewisseld met knielen op een zandduin richting Mekka.
In de namiddag een wandelingetje gemaakt in de grote zandbak. Als je een beetje de dalen volgde was het goed te doen en kon je nog redelijke afstanden afleggen. Dit wandelingetje was niet weggelegd voor de hele groep.

vrijdag 12 februari

Met Henro op de fiets geklommen en richting het zuiden. De laatste plaats voor de grens is het doel, afstand ca 30 km. Fietsen in de woestijn, je kunt het je moeilijk voorstellen. Praktisch geen verkeer, af en toe een vrachtwagen op weg naar de hier gelegen mijnen en een enkele keer een hummer van het Marokkaanse operetteleger. Bij het vertrekoOm negen uur was het nog niet warm, maar toen we het laatste stuk terugfietsten was het al wel heel heet aan het worden. Op de terugweg in Merzouga de rest van de groep ontmoet die de 4 km met de elektrische fiets hadden afgelegd waarna we samen op een terras weer geperst sinaasappelsap hebben gedronken.
Wat ons deze dagen opviel was het volledig ontbreken van personen van het andere geslacht dan de mannen. Normaal werken die op de velden om wat bij te verdienen maar er was hier erg weinig veld te bewerken. Het geld dat vrouwen bijverdienen mogen ze zelf houden. Dit om te voorkomen dat ze in armoede vervallen als de man hen verlaat.
Om half vijf was het dan zover. Na veel overredingskracht en ruiken was het gelukt iedereen zover te krijgen dat ze meegingen op het schip van de woestijn. Goed aangekleed tegen de kou na zonsondergang en tegen de haren van de dromedaris gaan we naar de opstapplaats toe. Er liggen tientallen beesten netjes in het zand met de poten opgevouwen onder zich. Ze zijn allen voorzien van een soort zadel van paardedekens (zullen hier wel kameledekens heten) die zijn vast gezet met een band onder de buik. Verder een soort piramide achtig gelast ding waar twee handvatten aanzaten. Die zaten er niet voor niets want het opstappen zelf ging heel makkelijk maar toen het dier zijn benen ging strekken, eerst achter, toen voor en daarna weer achter waren die handvaten een hele uitkomst.
Na een dik half uur kwamen we in een vlak stuk terecht tegenover een hoge duin. Daar moesten we weer afstappen. De dromedaris laat dan zijn voorpoten inklappen waardoor je bijna een koprol maakt gevolgd door het inklappen van de achterkant en na dit gehobbel kun je met je voeten weer bij de grond. Dan moet je zelf het duin beklimmen en op de top gaan zitten wachten op de zonsondergang. Zoals we langzamerhand gewend zijn was het weer heel helder en zagen we de zon helemaal onder gaan achter de bergen. Afdalen, opstappen de poten weer rechten en op wandeltempo weer terug naar het hotel. We worden trouwens begeleid door een man die de eerste dromedaris vasthoudt. De rest is met een touw aan zijn voorganger vastgemaakt. Een wetenswaardigheidje; de dromedarissen waren 15 en 20 jaar oud. De maximale leeftijd is ongeveer 35 jaar.
Terug bij het hotel gaan we ons omkleden en eten we gezamenlijk in het hotel in Marokkaanse sferen.

zaterdag 13 februari

Een klusdag om alles klaar te maken voor de reisdag van morgen, boodschappen doen, poetsen etc en voor de vrouwen een workshop 'bereiden van een Marokkaanse salade' in de keuken van het hotel.


Onderweg op de stille wegen


Het hotel in zicht tegen de zandduinen


Onze stoker voor het douchewater


De zandduinen, ook gebruikt door auto's en quads


Ivonne en de dromedaris


Het hotel


Wandelen in de duinen met 4 personen


Een vlijmscherpe rand


Klaar voor de fietstocht


Transport in Merzouga


In het kruidenwinkeltje


Op de dromedaris


Onze begeleider


Afstappen van het schip der woestijn zonder loopplank


Het schip op het droge met opgevouwen poten


De hele club op een rij


Het zijn er echt acht


Hier met twee verstekelingen


Vanaf de duin naar het zuiden met de hoogste duintop in het gebied


Afdaling na de zonsondergang